Na mijn klaproosrelaas van weleer leek het steeds moeilijker te worden om me afzijdig te houden van de plechtigheden rond 11 november. Zo stond er een tweedal dagen na het schijven van de column een rasechte veteraan op de kruising voor ons metrostation: kin in de lucht en met de borst vooruit trakteerde hij Tooting op zijn keurig opgepoetste rits medailles. Ik moest mezelf echt bedwingen om geen poppy te kopen van de beste man: ik had dit jaar immers een goed geïnformeerde keuze gemaakt betreffende het papieren bloempje, toch?
De klaprozen bleven me om de oren vliegen. Na het vuurwerkfestijn van afgelopen zaterdag werden we bij ons navuurwerkse pubbezoek lastiggevallen door een enigszins beschonken tweetal poppyverkopers met collectebus. Om van ze af te komen schafte huigenoot haar derde (wind, regen en zwaartekracht claimden bloempje één en twee) klaproos aan, waarna ik niet achter kon blijven. De luidruchtige bloemenleurders verzaakten zelfs om mij een speldje te geven. Opgelucht dat we van hun gezelschap waren verlost, stak ik achteloos de roos achter mijn broche. Vanzelfsprekend overleefde het de lange metrorit zuidwaarts niet. De volgende ochtend werd ik nogmaals poppyloos wakker, onzeker over het feit of mijn pond de veteranen met glimmende oorlogspenningen ooit daadwerkelijk zou bereiken.
De dagen vlogen voorbij, en de poppies waarvan ik in de metro een glimp opving waren steeds vaker sjofel en flodderig te noemen: zelfs de jasjes van die sjieke zakenpieven die niet in een dozijn poppies hadden geïnvesteerd werden gesierd door een verwelkt klaproosje. Ik merkte echter niet eens dat de elfde november al was aangebroken. Coca Cola was wel op de hoogte: er was kennelijk een e-mail rondgestuurd over de minuut stilte die elk jaar op 11 november om 11 uur in acht wordt genomen. Voor mijn Franse collega’s, wiens brein op school is volgestampt met de gruwelen van de Eerste Wereldoorlog, was deze minuut te vanzelfsprekend om te noemen. Pas tegen lunchtijd informeerden zij mijn Nederlandse collega en ik van het feit dat we de minuut in kwestie luid babbelend hadden doorgebracht, terwijl de rest van het kantoor in doodse stilte was gedompeld. We hadden zelfs zitten speculeren dat de zoemer die afging een brandalarm was. Blunder. Opeens voelde ik me immens schuldig over mijn poppyloze borst. We staken onze handen in de lucht: “Neutraal!”
Nederlandse neutraliteit heeft zoals wij weten niet altijd het gewenste effect gehad, en ook hier voelde we dat het niet voldeed. Ik dacht aan de veteraan op het kruispunt en nam me voor volgend jaar op de eerste poppydag op hem af te stappen: “I’ll take a dozen, please”
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
heb je toevallig ook al witte poppy's ontdekt? vorig jaar in York zag ik her en der wat mensen daarmee rondlopen, was benieuwd waar je ze kunt krijgen.
BeantwoordenVerwijderenleuke stukken, nice!
ooeh, nee! Heeft dat met de witte roos van Yorkshire te maken misschien?
BeantwoordenVerwijderenDankje! :D yay, nu kan ik ook jouw blog gaan lezen op het werk, naast die van Roos
ouch, de minuut stilte missen... :P Het zou elke hollander overkomen! Koop er volgend jaar ook maar eentje voor mij :D xx Anouk
BeantwoordenVerwijderen