zondag 11 oktober 2009

Geroosterd zondag.

Het is een fenomeen, een baken van traditie en het zoveelste statement van Britse vaderlandsliefde: de Sunday Roast. Ook de Londenaar tracht door middel van deze traditionele zondagse maaltijd na een wild urbaanse zaterdagavond weder te keren naar zijn wortels, peultjes of pastinaak en een vleugje smaak op te vangen uit grootmoeders keuken. De klassieke zondagse maaltijd is, zoals in het geval van negen van de tien door Britten geclaimde fenomenen (denk aan thee, kroegen en openbare zwembaden), echter lang niet zo bijzonder als vaak wordt beweerd: aardappelen, vlees, groenten en een emmer jus. Enkel de unieke en, wanneer juist bereid, zeer appetijtelijke Yorkshire pudding maakt de maaltijd tot een noemenswaardige toevoeging aan de Britse cuisine. Toch ben ook ik vandaag gevallen voor de Roast.

Vraag de gemiddelde Brit naar zijn of haar relatie met deze culinaire openbaring en je krijgt een verhaal vol verrukking en nostalgie voorgeschoteld, want moeder stond immers elke zondag vanaf de vroege ochtend in de keuken. Daar was zij met name in de weer met het zwaar overgaar krijgen van een triomfantelijk grote homp lams-, rund- of varkensvlees. De walmen die de jonge Brit opvangt tijdens deze gekoesterde zondagochtenden maken hem of haar een levenslange roaster, met gezette ideeën over het te gebruiken vlees, groenten en bereidingswijze.

Toch gaat een groot aantal Britlanders op de dag des heeres juist voor deze fameuze huiselijke maaltijd pubwaards. Vooral in Londen zitten de kroegen zondagmiddag - een roast is immers, net als het traditionele Britse kerstdiner, een middagmaaltijd - vol met roasters. Aangezien de hoofdstad vol zit met van het platteland gevluchte young professionals kan ik alleen maar raden dat deze lui wanhopig een stukje van moeders keuken in hun leven willen houden, was het niet dat de blitse metropoliet absoluut geen tijd heeft om te leren koken.

Misschien heb ik echter te snel geoordeeld. Hoewel ik, na een kookles van een noord-Engelse vriendin drie jaar geleden, best een aardige roast in elkaar zou kunnen flansen, ben ook ik vandaag verleid tot de pubse variant. Aan het einde van een overmoedig lange fietstocht door een regenachtig centrum, passeerde ik een uiterst gezellige pub vol roasters. Voor ik het wist zat ik aan een strategisch gepositioneerd tafeltje bij het raam (de fietsende Londenaar wantrouwt immer) met een enorm bord stomend lam, groenten en aardappels voor mijn neus. Opeens voelde ik me deel van een geheel, begreep ik de commotie en rook ik zelfs de walmen van mijn moeder's fictionele Sunday Roast. Als mijn moeder een traditionele roast had gehad, zat er ook vast een beetje rode kool door de jus. Sommige Britse eigenaardigheden moet je niet proberen te begrijpen, en gewoon ervaren.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten